Er bestaan twee soorten hematopoëtische stamceltransplantaties:
- autotransplantatie: autologe transplantatie, d.w.z. met cellen afkomstig van de patiënt zelf,
- allotransplantatie: allogene transplantatie, d.w.z. met cellen afkomstig van een compatibele broer of zus (we spreken dan van een familiale of verwante transplantatie), of van cellen die afkomstig zijn van een vrijwillige en anonieme donor (we spreken dan van niet-verwante, allogene transplantatie).
In de praktijk verloopt een stamceltransplantatie na de voorbehandeling met chemotherapie (de conditionering) zoals een bloedtransfusie. De stamcellen vestigen zich in de botholten waar ze zich vermenigvuldigen en zorgen voor hematologisch en immuniteitsherstel.
De eerste autologe stamceltransplantatie in het Instituut Jules Bordet vond plaats in 1981 en in 1984 werd de eerste allogene transplantatie uitgevoerd.
Sinds 2009 is ons programma goedgekeurd door het Joint Accreditation Commitee van ISCT en EBMT, of JACIE en erkend als expertisecentrum in verwante en niet-verwante autologe en allogene stamceltransplantaties.
Het programma breidt zich sterk uit aangezien ook het aantal indicaties voor transplantatie toeneemt. Momenteel voeren we ongeveer 35 autotransplantaties en 35 allotransplantaties per jaar uit. Voor de uitvoering van allotransplantaties beschikken we over een steriele eenheid met 6 kamers met laminaire stroming.
Ons programma wordt ondersteund door verschillende artsen-specialisten die de in transplantatie gespecialiseerde hematologen aanvullen, nl. specialisten op het gebied van infectieziekten, intensivisten en andere specialisten, die over alle noodzakelijke vaardigheden beschikken om onze patiënten te behandelen.
De eenheid houdt zich bovendien ook bezig met klinische onderzoeksactiviteiten om aan onze patiënten de meest innovatieve behandelingen te kunnen aanbieden:
- Academisch, in samenwerking met de Belgische vereniging voor hematologie (BHS), EORTC, LYSA, IFM en EBMT
- In samenwerking met biotechnologiebedrijven op het gebied van transplantaatmanipulatie in het kader van immunomodulatie.
Beenmergtransplantatie wordt meestal voorgesteld bij kwaadaardige hemopathieën die het beenmerg aantasten: acute leukemie, myeloom, lymfomen, myelodysplasie en myeloproliferatieve ziekten.
Voor lymfomen en myelomen is een autotransplantie over het algemeen het meest geïndiceerd. Een allotransplantatie is alleen aangewezen bij een klein aantal patiënten bij wie de ziekte onvoldoende gecontroleerd wordt door een autotransplantatie. Bij leukemie, myelodysplasie en myeloproliferatieve ziekten wordt de voorkeur gegeven aan allotransplantatie.
Bij het nemen van de beslissing over transplantatie wordt rekening gehouden met de leeftijd, de algemene gezondheidstoestand van de patiënt en de prognostische factoren van de ziekte. De beslissing wordt genomen na grondig overleg door alle hematologen van de dienst over de voordelen en risico's voor de patiënt die inherent zijn aan de toxiciteit van de procedure en overweging van eventuele therapeutische alternatieven.
Een allogene hematopoëtische stamceltransplantatie is vaak de meest efficiënte manier om de immuunreacties tegen de ziekte te versterken door het graft-versus-tumor-effect om zo bij een groot aantal patiënten een definitieve uitroeiing van residuele ziekte te bekomen. Het totaalconcept van de allogene hematopoëtische stamceltransplantatie is geëvolueerd van het concept van orgaantransplantatie (de vervanging van een ziek orgaan door een nieuw gezond orgaan) naar het concept van het creëren van een bijzonder platform voor immuuntherapie waarbij het immuunsysteem van de donor bijdraagt aan de uitroeiing van residuele tumorcellen. Zowel vroeger als nu bestaat de problematiek dus uit het vinden van de beste immunomodulatiemodaliteiten voor het nemen van het transplantaat, een krachtig graft-versus-tumor effect, de afwezigheid van toxiciteit of minimale toxiciteit en het schadelijke effect van de graft-versus-hostziekte.
Aangezien slechts ongeveer 70% van alle patiënten met een hoogrisico hematologische aandoening die in aanmerking komen voor een allogene transplantatie, over een volledig HLA-compatibele familiale- of niet-familiale donor beschikken, werden aanzienlijke inspanningen gedaan om het gebruik van alternatieve, haplo-identieke familiale donoren mogelijk te maken. Het voordeel van deze aanpak is onmiddellijke toegang tot een donor voor bijna alle patiënten. Sinds 2000 is onze transplantatie-eenheid een pionier in België bij de implementatie van dit type transplantaties. Dankzij de recente vooruitgang die werd geboekt bij de uitvoering ervan, zijn de resultaten momenteel vergelijkbaar met die van HLA- identieke, niet-familiale transplantaties wanneer ze in dezelfde patiëntengroepen worden uitgevoerd. Haplo-identieke transplantatie is momenteel een waardevol hulpmiddel geworden als betrouwbaar alternatief bij het zoeken naar de beste donor voor een bepaalde patiënt.
Het instituut beschikt ook overeen klinisch allotransplantatieprotocol voor jongvolwassenen met sikkelcelanemie dat voldoet aan strenge indicatiecriteria voor transplantatie, in samenwerking met kinderartsen van het UKZKF.
De transplantatie-eenheid verwelkomt voortdurend Belgische en buitenlandse artsen in hematologieopleiding die hun kennis over transplantatie willen verbeteren. De hematologen van de transplantatie-eenheid nemen deel aan de onderwijsprogramma's van de ULB op dit gebied via verschillende masteropleidingen. Ze werken ook samen met het interuniversitair onderwijs. Ons team is ook betrokken bij de opleiding van de master oncologieverpleegkunde georganiseerd door de Hogeschool Ilya Prigogine.
Onderzoeksprojecten
Participation aux protocoles cliniques de transplantation de groupes coopératifs académiques
Wetenschapelijke artikelen
Linking clinical and population-based data in older patients with cancer in Belgium: Feasibility and clinical outcomes.
Auteurs : Depoorter V, Vanschoenbeek K, Decoster L, De Schutter H, Debruyne PR, De Groof I, Bron D, Cornélis F, Luce S, Focan C, Verschaeve V, Debugne G, Langenaeken C, Van den Bulck H, Goeminne JC, Teurfs W, Jerusalem G, Schrijvers D, Petit B, Rasschaert M, Praet JP, Vandenborre K, Milisen K, Flamaing J, Kenis C, Verdoodt F, Wildiers H
Jaar : 2023
Journal : J Geriatr Oncol
Pagina's : 101428
Potential of Mesenchymal Stromal Cell-Derived Extracellular Vesicles as Natural Nanocarriers: Concise Review.
Auteurs : Draguet F, Bouland C, Dubois N, Bron D, Meuleman N, Stamatopoulos B, Lagneaux L
Jaar : 2023
Journal : Pharmaceutics
Volume : 15
Carfilzomib maintenance in newly diagnosed non-transplant eligible multiple myeloma.
Auteurs : Bobin A, Kyheng M, Guidez S, Gruchet-Merouze C, Richez V, Duhamel A, Karlin L, Kolb B, Tiab M, Araujo C, Meuleman N, Malfuson JV, Bourquard P, Lenain P, Perrot A, Roussel M, Jaccard A, Petillon MO, Belhadj-Merzoug K, Chretien ML, Fontan J, Rodon P, Schmitt A, Offner F, Voillat L, Cereja S, Kuhnowski F, Rigaudeau S, Decaux O, Humbrecht-Kraut C, Frayfer J, Fitoussi O, Roos-Weil D, Eisenmann JC, Dorvaux V, Voog EG, Moreau P, Avet-Loiseau H, Hulin C, Facon T, Leleu X
Jaar : 2022
Journal : Leukemia
Volume : 36
Pagina's : 881-884
Cusatuzumab for treatment of CD70-positive relapsed or refractory cutaneous T-cell lymphoma.
Auteurs : Leupin N, Zinzani PL, Morschhauser F, Dalle S, Maerevoet M, Michot JM, Ribrag V, Offner F, Beylot-Barry M, Moins-Teisserenc H, Zwaenepoel K, de Winne K, Battistella M, Hultberg A, Gandini D, Moshir M, Jacobs J, Delahaye T, Khan A, Zabrocki P, Silence K, Van Rompaey L, Borg C, Motta G, Melle F, Calleri A, Pauwels P, de Haard H, Pileri S, Bagot M
Jaar : 2022
Journal : Cancer
Volume : 128
Pagina's : 1004-1014
Obinutuzumab plus lenalidomide in advanced, previously untreated follicular lymphoma in need of systemic therapy: a LYSA study.
Auteurs : Bachy E, Houot R, Feugier P, Bouabdallah K, Bouabdallah R, Virelizier EN, Maerevoet M, Fruchart C, Snauwaert S, Le Gouill S, Marolleau JP, Molina L, Moluçon-Chabrot C, Thieblemont C, Tilly H, Bijou F, Haioun C, Van Den Neste E, Fabiani B, Meignan M, Cartron G, Salles G, Casasnovas O, Morschhauser F
Jaar : 2022
Journal : Blood
Volume : 139
Pagina's : 2338-2346